Natuurlijk is het lijden van verlies niet leuk, maar als u deze verliezen ook nog eens niet ten laste van een winst kan laten komen en daardoor geen belastingteruggave krijgt, dat is pas echt zonde. Dit artikel werpt een blik op een van de bijzonderheden van de beperking van de verliesverrekening: beperking van verliesverrekening bij belangenwijziging.
Allereerst, de hoofdregel: “Verliezen zijn niet meer voorwaarts verrekenbaar indien het uiteindelijke belang in de belastingplichtige in belangrijke mate is gewijzigd. Door de belangenwijziging kunnen verliezen in beginsel niet meer worden verrekend”. Dit is dan van toepassing ten opzichte van het oudste jaar waarvan een verlies niet meer verrekenbaar is. En er is pas sprake van een belangenwijziging als de verdeling van het aandelenkapitaal voor 30 % of meer is gewijzigd.
Wat hier nog bijkomt is dat het moet gaan om een wijziging in het uiteindelijke belang. Stel dat een (beheer) BV alle aandelen houdt in een dochter BV. Stel dat 50% van de aandelen van de beheer BV worden overgenomen, dan zal er voor de dochter BV ook een belangenwijziging optreden.
Dit alles is een hele mond vol en nogal ingewikkeld. Het volgende voorbeeld verduidelijkt de zaak.
Voorbeeld:
BV X lijdt in de jaren 1 tot en met 5 verlies. In jaar 1 hebben A en B beide 50% van de aandelen van BV X in handen.
In jaar 2 verkopen A en B ieder 10% van de aandelen aan C. A en B hebben nu beide 40% en C 20% van de aandelen.
In jaar 3 verkopen A en B nog eens beide 10% van de aandelen aan C. Nu hebben A en B beide 30% van de aandelen en C 40%.
In jaar 5 koopt C de resterende 60% van de aandelen. In welk van de jaren is er nu sprake van een belangrijke belangenwijziging?
Ten opzichte van het begin van het oudste verliesjaar (jaar 1) is in jaar 3 voor het eerst sprake van een belangenwijziging. Immers in jaar 1 was de verdeling 50-50 en in jaar 3 30-30-40. In jaar 2 is er geen sprake van een belangrijke belangenwijziging, daar is de verdeling 40-40-20. Ten opzichte van jaar 1 is er geen belangenwijziging van 30% of meer.
In jaar 3 vindt dus een belangenwijziging plaats. Daardoor treedt de hoofdregel in werking en zijn de verliezen van de jaren 1 en 2 niet meer (vooruit) verrekenbaar. In jaar 5 is er wederom sprake van een belangenwijziging. Maar nu ten opzichte van jaar 3, want dat is nu het oudste verliesjaar geworden. De verdeling in jaar 3 was 30-30-40 en in jaar 5 0-0-100.
Uitzondering op de hoofdregel:
In een aantal situaties zou het onrechtvaardig zijn als het wijzigen van een belang direct zou leiden (of in dit geval, lijden) tot het niet meer kunnen verrekenen van een verlies. Daarom zijn er een aantal uitzonderingen geformuleerd. Dit artikel zal slechts één van die uitzonderingen behandelen.
Als er een belangenwijziging plaatsvindt en het lichaam zet zijn activiteiten “gewoon” door, zou het onrechtvaardig zijn dat de eerder geleden verliezen niet meer verrekenbaar zijn. Het is goed denkbaar dat een dergelijke situatie zich zal voordoen. Bijvoorbeeld, een schuldeiser die zeggenschap in een BV wil verwerven om ervoor te zorgen dat de BV weer goed gaat draaien waardoor hij zijn geleende geld terug kan krijgen. De uitzondering op de hoofdregel valt in drie toetsen uiteen. Als aan dit geheel van toetsen is voldaan, kan het verlies gewoon worden verrekend.
Ten eerste, de non-beleggingstoets: het verlies is geleden in een jaar waarin de bezittingen van de BV gedurende ten minste negen maanden niet grotendeels (meer dan 50%) uit beleggingen bestonden. Het moet dus om “echte” ondernemingen gaan. Ten tweede: direct voorafgaand aan de belangenwijziging mag de omvang van de werkzaamheden van de BV niet zijn verminderd tot 30% van wat het eerst was. De fiscus wil hiermee bereiken dat alleen “echte” ondernemingswinsten met “echte” ondernemingsverliezen gecompenseerd kunnen worden. Tot slot: bij de belangwijziging mag ook niet voornemen bestaan om de werkzaamheden binnen drie jaren alsnog te verminden tot 30% van wat het eerst was.
Conclusie
In principe leidt een belangenwijziging in de aandelen (zeggenschap) van een BV tot een beperking van verliesverrekening. Echter, niet elke belangenwijziging leidt tot het niet meer kunnen verrekenen van verliezen. Dit zou ook niet rechtvaardig zijn. Met name in situaties waarin de BV de onderneming gewoon doorzet, maar met nieuwe aandeelhouders die beslissingen maken, zou dit niet rechtvaardig zijn. Daarom kan in een dergelijke situatie, onder voorwaarden, een verlies gewoon worden verrekend.